maandag 19 september 2011

La Christophe Brandt, 18-sept 2011

Cyclo #162, La Christophe Brandt, Verviers



Sinds een paar jaar is de Christophe Brandt vanuit Verviers mijn vaste seizoensafsluiting. Mooie rit doorheen mijn geliefde Ardennen. Niet meer té zwaar, zo aan het eind van een lang en slopend seizoen, waarin de vermoeidheid stilaan zijn tol begint te eisen.

Dit jaar stond ik voor de 3e opeenvolgende keer aan de start. In 2009 was ik 62e, in 2010 (toen compleet uit vorm) 84e. Kortom, nooit echt goed gereden hier. Ambitie? Hmmm, top 50? Wel een aardig streven, gezien mijn rijden dit jaar in dit soort snellere cyclo's.

De organisatie had dit jaar duidelijk werk er van gemaakt om van deze cyclo een volwaardige te maken. Een aangepast parcours met meer hellingen, meer km's en meer hm's, meer begeleiding op motoren onderweg, overal seingevers op gevaarlijke punten, een voor Waalse begrippen snel beschikbaar zijn van de uitslag, naast die vieze Bratwursten nu ook pasta achteraf, etc etc.

Na enig twijfelen vooraf vanwege Buienradar reden we (Arno M. en ikzelf) om 8u Verviers binnen. Blauwe en dreigende luchten wisselden elkaar af, maar het zou tijdens de hele rit nagenoeg droog blijven. Richting inschrijving gereden. Verbaasd over diverse zaken hier: het bij het begroeten elkaar kussende mannen, de wel heel traag voortschrijdende rij bij het inschrijven ('in dit tempo zijn we om 9u niet weg, hoor'), de taakverdeling van de mensen achter de inschrijftafel, stuurbord- en chipnummer die niet hetzelfde waren (266 en 286, maar de mevrouw achter de tafel verzekerde me: 'dat maak nieks uit', waarop ik de vraag nog stelde 'waarom hebben we dan een stuurbord?'), de hartelijk begroeting door Mijnheer de Voorzitter die enorm vereerd is dat er Nederlanders op zijn cyclo afkomen ('U izz hierrrr voor de driede keer?' terwijl hij net wat te lang mijn hand bleef schudden...). Welkom in Wallonië. Uiteindelijk gingen we om 9 uur toch van start. Want ook dat is Wallonië: alles gaat hier trager dan in de rest van de wereld, maar het komt ook altijd allemaal wel goed.

Vanaf de eerste rij ben ik gestart. Al bij het geneutraliseerde stuk van 5 km voelde ik het al: géén goede benen vandaag. De moeite die ik moest doen om op te schuiven, en het gemak waarmee ik plaatsen verloor. Al gelijk bij het buitenrijden van Pepinster, na 7 km, lag daar de Tancrémont. Ik kende deze alleen van Klimmen-Banneux-Klimmen, waar ik er een paar keer af gereden ben. Lange klim. Mijn inschatting was dat hier de schifting al gemaakt zou worden. Dus er was maar 1 taktiek mogelijk: vooraan beginnen, en dan vol in de weerstand naar boven rijden. Het eerste lukte me nog goed, het tweede niet. M'n slechte benen. Ik haalde hartslagen van 145, da's nog onder D3. Vorige week in Picardië ging dat nog ruim 20 slagen hoger dan nu. Tja... Dan is het wachten op het moment dat ik er af moet. Dat gebeurde halverwege de klim: de eerste groep reed daar weg. Nog niet dramatisch. Ik verzeilde in een tweede groep van zo'n 40 man. Maar ook daar kon ik niet aanpikken. Op de uitlopers bovenop moest ik met een stuk of 4 anderen deze groep laten rijden. Dat werd al vervelender. We kwamen ook niet meer terug, ondanks dat het gaatje op een bepaald moment maar 10 meter was. Hier reed de Christophe Brandt 2011 weg van me. Maar geen excuses, ik kon simpelweg niet herder. Dan maar wachten op groep 3, ook weer zo'n 30 man groot.

Die kwamen terug in de afzink richting voet van de volgende klim. Tot mijn verbazing zag ik daar ook Medestrijder Arno M. Dat was heel goed gereden van hem, maar heel slecht van mij. Ik zat hier duidelijk niet op mijn normale plek. Maar met slechte benen op hét cruciale moment van zo'n cyclo rondrijden, en dan is dit het gevolg.

Hoe nu verder? Ik had er even géén zin meer in. Ging achteraan in de groep hangen. Ongemotiveerd. Tot de Cote de Oneux, na zo'n 35 km. Steil rotding bij momenten. Op die klim zag ik mijn groep breken. Toen kwam toch het oer-cyclo-instinct weer boven: naar voren, maken dat je mee bent met de eersten, verdorie!!!! Dat ging. De benen waren zowaar toch wel beter dan in het begin. Hier ging ook een deel van de groep overboord.

De volgende hellingen (Lorce, Chession, een halve Ancienne Barriere, Froidville) waren niet zo selectief dat hier veel volk overboord ging. Allemaal lopers. Het was vooral zaak om in de afdalingen er bij te blijven: deze lagen half nat/half droog. Altijd link. En dan ben je continu bezig met gaten dicht te rijden, die anderen laten vallen omdat ze soms als schildpadden door de bochten gaan.

Ook in de lange vallei richting Remouchamps gebeurde niet veel: er werd goed doorgereden. Ik beperkte me tot eten/drinken en volgen, er kwam immers nog het één en ander aan.

Vanuit Remouchamps lag immers nog de Petit Redoute op de route: het weggetje waarlangs we afdalen in de Steven Rooks Classic. Maar dit stuk was méér dan alleen de Petit Redoute: het was de combinatie met de aanloop vanuit Remouchamps (zelfs na 17 jaar trainen in de Ardennen liggen hier nog klimmetjes die ik niet ken!!), dan die Petit Redoute zelf, en gelijk erna de Cote de Hornay in Sprimont, die dit stuk tot breekpunt maakten. Een drietrapsraket.

Op de aanloop begon ik zelf aan kop van onze groep. Hee, daar zien we alweer hartslagen van 155 (m'n omslagpunt), dat is al stukken beter dan in het begin. Ik besloot er een snok aan te geven. En ja hoor: ze vlogen er allemaal af, een man of 6 bleven bij mij. Wat verder kwamen er zo'n 15 terug, waarna we gegroepeerd de steile Petit Redoute namen. Op de Hornay vervolgens nog een schifting: er reden er 2 weg, en ik besloot er naar toe te vlammen. Uiteindelijk kwamen we met 7 man samen; de rest leek afgeslagen. Maar mijn slechte benen van vanochtend waren gaandeweg superbenen geworden; anders kan ik een paar van dergelijke explosies niet zo kort na elkaar doen. En ik voelde dat ik nog overschot had. Ik begon het zowaar weer leuk te vinden!

De vallei richting laatste klim (Hezée, 10 km voor het eind) was te lang om weg te blijven met een paar man; er kwam weer zo'n 15 man terug. Geen nood; ik zat boordevol moraal om op de laatste klim nog eens aan de boom te schudden. Dit laatste ging niet helemaal: er waren er nog een paar die een grotere cartouche hadden bewaard. Ik had alle moeite van de wereld om aan te pikken, maar het lukte. Met 5 waren we, de rest leek nu definitief afgeslagen met enkel nog een afdaling naar Verviers voor de boeg. 200 meter achterstand.

In de straten van Verviers kwamen ze echter nog gevaarlijk dichtbij. 'Verdorie, waar blijft de finish nou'?, dacht ik bij mezelf. Ik zag mezelf alweer overspoeld worden door een grote groep in de laatste rechte lijn. Ik besloot dan maar te gaan sprinten op de brede aankomstboulevard. Zittend. 40, 45, 50, ja zelfs 55 zei m'n tellertje. Benen ontploften. Maar ik hield ze af op 2 na. Goed voor een 87e plaats.

Dat was niet helemaal naar tevredenheid; ik denk dat ik hier toch wel een stuk verder van voren moet kunnen eindigen. Maar met de benen van vandaag (rotslecht in het begin, en super op het eind) zat er niet meer in. Maar wel genoten, zoals altijd eigenlijk wel op dit soort dagen.

Na afloop nog ruimschoots nagekaart, en alles geëvalueerd met de Cyclo-Benelux club, met nr 10 van de dag Kenny N., met Medestrijder Arno M. (146e) etc. Onder het genot van een beker (!!) pasta en een vieze abrikozenwafel. En geconcludeerd dat het toch wederom een enorm geslaagde dag was.

Ook de weergoden waren ons gunstig gezind: behalve veel dreigende luchten, waar hooguit wat muggenpis uit viel, is het droog gebleven. De thuisblijvers hadden in elk geval zwaar ongelijk dit keer!

3 opmerkingen:

  1. Aha, volgens mij hebben wij heel deze rit in elkaars gezelschap vertoefd!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik zat ook tot op de hornay in groep 3, twas mijn debuut in een cyclo, domweg als allerlaatste vertrokken en schrok van het hoge start tempo. boven op tancrémont was het blijven gas geven om zover mogelijk nog op te schuiven. zo dan in groep 3 geraakt en daar was het eigenlijk te traag voor me, mocht gerust sneller gaan, enkel dienen cote d'oneux was lelijk afzien en op petit redoute ook, maar in afdaling nr hornay zat ik gevangen achter twee mindere goden en moest al volle gas geven om bij de laatsten te geraken om de hornay aan te vatten wat ik meteen cash betaalde.
    dan met drie man nr de aankomst gereden. voor een debuut was ik tevreden met een 108ste plaats vooral door mijn slechte start. nu goe aan het trainen al en dan volgend jaar een 6tal cyclos in noordfrankrijk en ardennen doen.

    BeantwoordenVerwijderen