maandag 12 september 2011

Ronde van Picardië, the whole story

Cyclo #160, Ronde van Picardië, 187 km, 10-sept 2011



Weinig cyclo's hebben zoveel jaren op m'n to-do lijstje gestaan als deze Ronde van Picardië. Dat begon reeds in 2000, toen ik daar in de buurt voor m'n werk zat (Caen), en deze mooi mee had kunnen pikken. Geblokkeerde benzinestations wegens stakingen maakten dat ik Frankrijk toen moest 'ontvluchten'. Een jaar later kwam er een bruiloft tussendoor, in de jaren erna een paar keer slecht weer. En de laatste jaren was het steevast dat ik na een lang en vol seizoen geen goesting meer had in weer een lange verplaatsing + overnachting. Zodus.

Dit jaar dus besloten dat ik deze nou eindelijk eens wilde doen. Ook omdat de inschrijving voor mij dit keer gratis was. Alleen: wel zonder extra overnachting, een echte hit-and-run.

Om 9 uur 's avonds al in bed gekropen, om 3 uur ging de wekker. Altijd lachen, opstaan op dergelijke tijdstippen. Om 3u15 zat ik in de auto. Voor de 6e keer dit jaar alweer met de fiets achterin de auto richting Frankrijk. Even na 7-en reed ik Abbeville binnen. Een lange rij bij het afhalen van de nummers maakte dat ik even flink baalde (in zo'n snelle rit moet je toch niet te ver van achteren staan bij de start), maar ik kon om 7u30 toch als 30e of zo aanschuiven in het Prioritaire startvak. Mooi! Het was overigens al 18 graden bij de start, een voorbode van een mooie, warme dag in Picardie.

Met redelijk wat vertraging, omdat er gewacht moest worden op de aankomst van een 100-jarige lokale held, en vanwege toespraken van profrenners Jimmy Casper en Rony Martias, die beide meereden vandaag, ging om 8u15 de zaak dan toch los. Zo'n 1000 man of zo schatte ik. Een Formule-1 race verwachtte ik. Hoge gemiddeldes. Een weinig selectief parcours. Immers, als je aan Picardië denkt, dan denk je niet meteen aan de borden 'Sommet a 5 km'. En als dan ook het andere element wat deze rit zwaar kan maken grotendeels ontbreekt, de wind, dan is een Formule 1 race het logische gevolg. De paar hellingen die er in zaten hadden hooguit 50-100 hm per stuk.

Na de start ging het richting zuid. De eerste schiftingen die er kwamen waren niet vanwege te overwinnen hoogtemeters, maar vanwege de handigheid waarmee 'flessenhalzen' genomen kunnen worden. Een afslag naar rechts naar een weggetje dat maar half zo breed was, een bruggetje van amper 1.5 meter breedte, een enge passage door een dorpje, .... Gelukkig zat ik redelijk goed voorin, en viel het mee wat ik aan plaatsen verloor.

Tussen km 20 en km 50 lagen de zwaarste hellingen van de dag. Op de eerste was het echt vól in de weerstand omhoog kletsen om proberen bij de eersten te blijven. Ik zag hier hartslagen die ik het hele jaar nog niet had gezien. 168. Wat?? Honderd-acht-en-zestig..... Tijdens een maximaaltest eerder dit jaar kwam ik maar tot 164. Wel goede benen dus vandaag .... Ook Ruvar loste tegelijk met mij hier. Alleen: op de glooiiende uitloop van deze helling wordt het verschil in leeftijd, en de mate van herstelvermogen die daarbij hoort, ernstig zichtbaar: daar waar ík echt even moet bekomen van zo'n explosie, en voorbij gereden werd door diverse plukjes renners, zag ik hem weer terug naar het eerste peloton rijden. Tja, dat zat er niet in voor mij.

Na deze helling formeerde zich een groep (het tweede peloton begreep ik achteraf), waar ik echt wel op m'n plek zat. Geen excuses. Hele goede benen, goed gepositioneerd aan de voet, geen andere verzachtende omstandigheden: harder kon ik simpelweg niet op die eerste helling.

Na deze eerste serie hellingen (eentje was zelfs Petit Ventoux gedoopt, of iets dergelijks) trokken we na 70 km richting zee. Dat was toch wel een bijzonder fraaie passage. Steil hellinkje omhoog vanaf daar (enige keer dat ik het binnenblad nodig had vandaag), en vervolgens een tamelijk vlak tussenstuk. Door verder wel een mooie omgeving, waar ik nog nooit eerder was geweest. Het uitgestrekte landschap verbaast me altijd weer als ik in Frankrijk ben; wat leven wij in Nederland toch met zóvelen op zó weinig oppervlak. Dat het hier even makkelijker was kwam me overigens wel goed uit: ik had toch wel lang last van die allereerste explosie. Daarna was het op elke helling harken, ondanks goede benen. Pas na dat vlakkere tussenstuk had ik het gevoel dat ik wat hersteld was van die eerste weerstandsexplosie, zo'n 80 km hiervoor nodig gehad .....

Na zo'n 100 km of zo splitsten de routes zich. Gelijk hierna gebeurde er iets wat ik in m'n 159 voorgaande cyclo's toch nog niet eerder had meegemaakt: we moesten wachten voor een ophaalbrug. Treinen had ik al wel regelmatig op m'n weg gevonden, maar deze nog niet. Balen. Dik balen zelfs. Dit haalt je toch uit je ritme. Al was het voor de groep voor ons erger: die kwam stil te staan op het moment van sluiten van de slagbomen. Ik zelf heb zo'n 5 minuten verloren hierdoor. Een mens maakt wat mee.

Na dit oponthoud was toch het vuur wat uit de groep (inmiddels zo'n 60 man), echt doorgereden werd er niet. Inmiddels reden we in de lichtglooiiende streek rond Crècy-en-Ponthieu. Door de omgeving waar het landschap nóg rood kleurt van alle bloed dat hier gevloeid heeft in de 14e eeuw tijdens de 100-jarige oorlog. In onze groep was het gelukkig niet zo'n oorlog daar. Op de hellingen werd soms toch nog wel redelijk doorgetrokken, maar echt veel zoden aan de dijk zette dit niet. Deze hellingen waren toch zo zwaar niet als die in het begin. Er ging gewoon niemand overboord.

Zelfs op de langste helling van de dag, tevens de laatste ook, op 10 km van de finish werd toch even flink doorgetrokken. Ik kon mooi mee in de eerste 10, maar toen ik in de haakse bocht op de top even terugkeek zag ik het al: wat gaatjes van een paar meter hier en daar, maar niemand overboord. Tja, voor een renner als ik is dat jammer. Ik moet het toch echt hebben van de slijtage, en dat was hier niet mogelijk gebleken.

Sprinten dus... Iets wat ik ook al helemaal niet kan. Ik probeerde in de slotkilometers nog wat op te schuiven. Dat lukte redelijk, maar vooraan geraakte ik toch niet. Er waren nog zo'n 60 man meer die hetzelfde idee hadden als ik... Ergens midden in de groep liep ik uiteindelijk binnen. Aanvankelijk als 96e; later nog gecorrigeerd tot een 90e plek. In dezelfde tijd als nr 52.... Tja, ik en sprinten, dat zal wel nooit wat worden. Laat ik het maar positief bekijken: er waren er 38 sneller dan ik in de sprint, maar ik heb er in elk geval 16 achter me gelaten.

Totale tijd 5u8 over 187 km, 1180 hm, 36.2 km/u gemiddeld. Een Formule 1 race dus; nog niet veel cyclo's heb ik beëindigd met een dergelijk gemiddelde.

Na afloop nog geruime tijd in de warme Picardische nazomerzon (28 gr!!) nagekeuveld met alle bekenden uit cycloland die hier waren. Een sfeertje dat ik weer heel de winter zal gaan missen.

Daarna weer op weg gegaan naar Nederland. Om 19u 's avonds was ik weer thuis. Vermoeid, maar ook voldaan, na een wel heel lange dag. Volgend jaar weer? Mmmm, wat moeilijk te zeggen nu. Ik heb toch liever de wat selectievere parcoursen, maar als er volgend jaar in dit weekend niets anders is, dan kan het zomaar zijn dat ik hier weer als pelotonvulling ga fungeren.

In elk geval dan wel mét deelname aan het afsluitende Grand Trophee diner 's avonds. Geen idee waarom en wat de criteria voor deelname zijn, maar ik vond bij m'n startbescheiden zowaar tickets hiervoor.

1 opmerking:

  1. Puik verslag ! Nooit geweten dat er in jou zowaar nog een geschiedkundige encyclopedie zit. De 100-jarige oorlog godbeterd ! :-)

    BeantwoordenVerwijderen