zondag 4 november 2012

Terugblik op het seizoen 2012

Sinds 19-okt ben ik weer begonnen met de voorbereidingen op het seizoen 2013. Dit alles gaat uiteraard niet zonder een terugblik op het seizoen 2012, een seizoen dat op zijn zachtst gezegd uiterst moeizaam is verlopen.

De winter van 2011-2012 was ik nog vol goede moed begonnen. Nieuwe trainer, nieuwe moraal en gemotiveerd als altijd. In de loop van de winter waren er al diverse verstoringen van m’n programma, waardoor ik al niet echt een goed gevoel over 2012 had. Immers, ‘winterverstoringen’ had ik in voorgaande jaren eigenlijk nooit gehad. Zo waren er een buikgriep in november (weekje niet getraind), een spierscheur in december na klussen thuis (2 weken geen krachttraining), vervolgens in dec/jan diverse weekenden waarin het vanwege wel heel veel regen niet te doen was om buiten te trainen, daarna kwam de diepvrieskou van de eerste helft van februari (bij -8 en een snijdende oostenwind ga ik toch écht niet buiten trainen), en tenslotte nog begin maart een hardnekkige bronchitis (nog nooit gehad, ik kreeg tijdens het trainen écht geen lucht).

Daarnaast was er het fenomeen dat ik de gehele winter bij elke intensieve training haast niet in de D3-zone kwam met m’n hartslag. Omdat je dat in de winter niet te vaak doet, gingen er bij mij toen eigenlijk geen alarmbellen rinkelen. Ik dacht dat het aan de veranderde manier van trainen lag, of aan de totaal ongrijpbare Vorm Van De Dag van dat moment die toen blijkbaar ontbrak….

Eind maart ben ik een week op Mallorca gaan trainen, naar jaarlijkse gewoonte. Heel leuke week, zoals altijd, maar wel met het gevoel totaal uit vorm te zijn, en slecht te herstellen. Ik dacht toen dat dit door de eerder genoemde bronchitis kwam, welke ik nog maar net kwijt was op dat moment.

In april en mei bleef het eigenlijk van kwaad naar erger gaan. In die tijd van het jaar wordt de intensiteit en de lengte van de trainingen opgevoerd, om klaar te zijn voor de cyclo’s vanaf mei. Alleen, ik moest van elke lange training veel langer herstellen dan ik gewend was, en tijdens intensieve trainingen in b.v. de Ardennen kwam ik bergop geen poot vooruit. Bergop ging met een hartslag van 130-135, daar waar dit 155 hoort te zijn. En het gevoel alsof ik tegen een muur opreed. In combinatie met baggerklimtijden op vaste hellingen waar ik altijd tijd opmeet.

In die periode heb ik van alles geprobeerd om het tij te doen keren. Meer trainen, een paar dagen rust, een duurweekje extra, …. Maar niks hielp, het ging van kwaad tot erger. Ik heb toen ook de ene na de andere cyclo moeten wegstrepen omdat het geen enkele zin had om met zo’n conditie ergens aan de start te verschijnen. Les Six Bourgeois, Steven Rooks Classic, Trois Ballons, etc verdwenen op deze manier uit de agenda. Want ik pas er voor om dan toch naar zo’n evenement toe te gaan. Want: meerijden in de achterhoede, of supporteren voor anderen: nee. Dat wil ik niet en dat doe ik niet. Gefrustreerd thuis zitten is op zo’n moment altijd minder erg dan gefrustreerd ter plekke zijn, en niet je sportieve voldoening kunnen nastreven. Want dát geeft pas echt hartzeer. Weet ik na soortgelijke ervaringen waar ik gedwongen aan de zijlijn stond (Marmotte 2007, Ventoux 2008 en 2011, …)

Ook de week hooggebergte van eind juni, inclusief La Grand Bo, en La Vaujany moest ik wegstrepen. Want het ging in juni eigenlijk van kwaad naar erger, ging steeds slechter rijden. Werd er bergop meermaals afgereden door mensen die ik altijd ver, ver achter me liet. Overtraind werd al gezegd door m’n trainer. Zo’n mooie, weinig concrete, verzamelnaam voor een onverklaarbaar slechte conditie. Ikzelf geloofde dat toch niet echt; ik had juist nog nooit zo weinig gedaan als dit jaar.

Half juni was ik het zat. Meer dan zat. M’n seizoen dreigde naar de vaantjes te gaan, voor het ooit begonnen was. Me toen helemaal door laten lichten bij SMA Midden-Nederland (Guido Vroemen). Daar kwam het ‘lek’ al snel boven: ik bleek een serieus tekort te hebben aan zowel Vitamine B12 als Vitamine D. Dit was te herleiden tot m’n eetgewoontes. Immers, ik lust geen vis, en eet nooit margarine. Blijkbaar waren m’n reserves van deze stoffen altijd voldoende geweest, tot dit jaar. Want gezien m'n ervaringen in de winter en het voorjaar moet ik hier toch al heel wat maanden last van hebben gehad.

Gelijk de eerste dag nadat ik extra supplementen had genomen zag ik het effect op training: ik zag bergop ineens hartslagen die ik al een jaar niet meer had gezien. Een enorme lichamelijke boost kreeg ik hiervan! M’n nieuwe doelen werden nu La Bourgui en de Alpen Challenge. Met een paar weken training inclusief wat hooggebergte, zou ik eind juli toch weer redelijk in vorm moeten zijn. Alleen: begin juli kwam er de volgende overmacht-situatie overheen: m’n zoontje moest met spoed naar het ziekenhuis, en moest ook geopereerd worden. Dit is uiteraard veel belangrijker dan welk fietsdoel dan ook, maar vervelend was het wel. Want het gevolg was ook dat we niet met vakantie konden gaan, en la Bourgui dus sowieso niet mogelijk zou zijn. Als dan toch alles tegen moet zitten, dan beter maar alles in één jaar…

Toen dit achter de rug was, was het al half juli. En toen? Tja: slechte basisconditie, hopeloos uit vorm, 3 kg te zwaar, geen hooggebergte doelen, geen hooggebergte meer in het vooruitzicht om me nog in vorm te rijden, geen verdere cyclo-plannen ook…

Ik heb toen even overwogen de fiets voor wat betreft 2012 aan de kant te gooien. Maar ik ken mezelf: dat houd ik hooguit 2 dagen vol. Dan stap ik toch weer op. Dus toch maar doorgetraind, enkel nog met het idee zoveel mogelijk van de trainingen te doen die ik leuk vind (Wedrenners, Limburg, Ardennen, …), en geen cyclo’s meer. Ik moet toch op een voor mezelf acceptabel niveau rijden, eer ik ergens een startstreep ga overschrijden, had ik met mezelf afgesproken. Dus: veel duurtrainingen, veel slechte dagen er tussen, maar ook: benen die gaandeweg beter werden. Uiteindelijk heb ik dan toch nog wat cyclo’s uitgezocht (het bloed kruipt, waar het niet gaan kan …..): in september nog 3 stuks gereden.

Op 2 september de Charley Gaul (Luxemburg): daar ben ik 171e op 350 deelnemers geworden. Geen genoeg power bergop hier, en ook nog een val welke me zo’n kwartier, én 50 plaatsen kostte. Maar zonder dat was het toch niet zo goed; in deze rit heb ik al een paar keer top 40 gehaald immers.

Op 9 september de Gerrie Knetemann cyclo (Groene Hart): daar 3e geworden, met een gemiddelde van 38.5 km/u. Dat leek al ergens op! Slim gereden onderweg, zonder meer goede benen, én het geluk dat het parcours vlak was. Zo brak me het gebrek aan macht bergop tenminste niet op.

Op 16 september dan nog de Christophe Brandt (Verviers): hier 150e geworden op 400 deelnemers. Geen goede uitslag, maar toch was dit m’n beste rit van het jaar. Immers: belachelijk hoog niveau hier. Ik had liefst 34 km/u gemiddeld hier op een parcours met Oneux, Redoute en een 10-tal andere Ardennen-benenbrekers. 2100 hoogtemeters totaal. En dan maar een kwartier verliezen op de eersten: dat zou ik in m’n betere jaren niet veel beter hebben gekund. Belangrijkste les van deze dag was de vaststelling dat ‘ik het nog wel kon’.

De weken na deze rit moest ik vaststellen dat ik ineens vloog. De gemiddeldes op vaste trainingsrondjes, zowel met als zonder klimwerk, lagen ineens veel hoger dan ik in jaren had gezien. Vreemde gewaarwording voor begin oktober. Jammer dat het seizoen voorbij was nu ik eindelijk de topvorm te pakken had.

Maar: vol goede moed ben ik begonnen aan de voorbereiding op 2013. Vol moraal, vol nieuwe ideeën. Een seizoen waarin het alleen maar beter kan gaan dan in 2012. Maar vooral met de wetenschap dat als de winter nou eens een beetje normaal verloopt zonder teveel (winterse) verstoringen, en ik lichamelijk gezond ben/blijf, dat ik in 2013 toch nog op sommige dagen hard moet kunnen fietsen, ondanks m’n voor wielrenners reeds gezegende leeftijd van 43 lentes…

De eerste plannen zijn reeds gemaakt. Van 24 t/m 31 maart is de jaarlijkse week Mallorca reeds vastgelegd. En als Cyclo-Hoofddoelen voor volgend jaar heb ik de 3-Ballons en La Vaujany voor juni met rood aangestreept. En in augustus wil ik voor het eerst eens meerijden in de Tour de l’Ain, een 4-daagse etappewedstrijd voor cyclo-rijders, telkens op dezelfde dag en het zelfde parcours als de profwedstrijd. En dan tenslotte nog eind augustus de Ötztaler Radmarathon, mits ik ingeloot raak uiteraard.

Dus: laat het maar snel voorjaar 2013 worden, ik ga zorgen dat ik er klaar voor ben!!!!

maandag 17 september 2012

La Christophe Brandt, 16-9-2012, Verviers

Cyclo #165, La Christophe Brandt, 16-sept 2012



Al sinds 2009 is La Christophe Brandt, dit jaar omgedoopt tot Trek Ardenne Bleue (de commercie doet ook hier zijn intrede...), m’n vaste seizoensafsluiting. Nog een laatste keer knallen, in de door mij nog altijd zo geliefde Ardennen (dit jaar voor het 14e jaar op rij meer dan 1000 Ardennenkilometers op jaarbasis gereden). Niet dat ik in deze cyclo al mooie uitslagen heb gereden; daarvoor ligt deze rit me eigenlijk niet zo heel goed. Immers, naar goede gewoonte knalt hier alles op de 1e klim uiteen, en het is precies zo’n woeste sprint omhoog waar ik eigenlijk nooit zo goed in ben geweest, en daarom boven altijd wat te ver naar m’n zin uitkom.

De resultaten hier tot nog toe zijn:
2009: 62e, 16’ na de winnaar
2010: 83e, op 19’
2011: 88e, op 31’
Wel met de aantekening dat het parcours sinds 2011 aanmerkelijk zwaarder is geworden: sindsdien zo’n 1750 hoogtemeters, daar waar dit er amper 1200 waren in de eerste jaren; dus vandaar de wat kleinere achterstanden op de winnaar toen.

Dit jaar is het parcours exact gelijk aan dat van 2011, dwz een mooi Ardennen-menu met achtereenvolgens de Tancrémont, Oneux, Lorcé, Chession, een halve Ancienne Barriere, Froidville, Petit-Redoute en als toetje de Hézee.

De ambitie voor vandaag was eigenlijk dat ik geen ambitie had. Ondanks dat ik de laatste weken toch echt wel stukken beter ben gaan rijden, had ik m.n. in de Charley Gaul vastgesteld dat ik bergop nog wel wat power te kort kom. Het zou me sterk verbazen als dat hier ineens niet meer zo zou zijn.. Dus nergens van uit gaan vandaag, en gewoon lekker rijden.

8u15. Met strijdmakker Arno M. draaien we het altijd vrolijk ogende Verviers binnen. Gelukkig schijnt de zon dit keer, dan is het allemaal wat minder grauw en grijs. Richting Parking van het Factory Outlet Design. Het eerste wat al opviel was dat het hier véél drukker was dan ik gewend was de afgelopen jaren. Zo’n beetje de enige beschikbare parkeerplaats die over was was een redelijk smalle, dicht tegen de materiaal-vrachtwagen van de Cofidis-profploeg aan, die hier tot m’n verbazing stond (‘waarom zou ik hier níet mogen parkeren’, vroeg ik me op dat moment af). De Cofidis-ploeg verbleef hier blijkbaar voor het WK ploegentijdrit later vandaag in Valkenburg. Naast de vrachtwagen stonden hier diverse ploegleidersautos en nog een camper in de Cofidis-kleuren.



Na de gebruikelijke verbazingen bij het inschrijven (de inschrijfformulieren waren op: ‘schrijf u naam maar op achterzij-dè van deze rijder, of nee, pak u maar papier van routbe-schrij-víng’), en de jaarlijkse, zeer hartelijke, begroeting van Mijnheer de Voorzitter (‘u is hier voor de driede, of nee, vierde keer’), begaf ik me rond 8u30 richting startvak. Eens rondkijkend viel het me al meteen op dat de bezetting dit keer wel erg sterk was. Maar weinig cyclo-toppers uit de Benelux die hier vandaag niet waren. Dit in tegenstelling tot voorgaande jaren, waar het toen bijna alleen maar localo’s waren hier. De forse promotiecampagne rond deze cyclo, het verdwijnen van bijna alle andere Belgische cyclos, en het wel bijzonder fraaie weer vandaag, zal daar wel voor een groot stuk tussen zitten.



Om 9 u werd de start gegeven. Zo’n 400 deelnemers. Eerste stuk geneutraliseerd, om Verviers ‘veilig’ uit te kunnen komen. En net als in de Charley Gaul stelde ik vast dat m’n pelotonvaardigheden toch serieus waren verdwenen door m’n maandenlange absentie in cyclo’s dit jaar. In no time vlogen me 100 man voorbij, al moet ik er bij zeggen dat ik velen toch manoeuvres zag maken die ik nooit gedurfd heb en ook nooit zal durven. Levensgevaarlijk soms. Over trottoirs, rakelings langs vluchtheuvels en paaltjes, linksom om tegenliggers heen, …. . Gelukkig ging alles goed voor zover ik het kon zien.

Maar goed, na nauwelijks 5 km is het al gedaan met lachen. Daar ligt één van de zwaarste hellingen van de dag, de Tancrémont, al in de ochtendzon te wachten op ons. Hét breekpunt van de dag. Dáár is het zaak mee te zijn, dáár wordt je positie voor de rest van de dag bepaald. Met de ervaring, én parcourskennis van vorig jaar op zak (opgeblazen in het eerste deel, vervolgens door diverse groepen voorbijgereden zonder dat ik kon aanpikken), begon ik er nu iets behoudender aan. Wel met verzuring tot diep achter m’n oren, altijd lachen. Me altijd afvragend op zo’n moment waarom ik dit toch zo leuk vind om te doen. Hartslag ging naar 158, net boven m’n omslagpunt. Mooi! Goede benen dus. Op de top verzeilde ik in een groep van zo’n 50 man of zo, en daar kon ik keurig bij aanpikken. Deze missie was alvast geslaagd, ik had me niet opgeblazen zoals vorig jaar.

Al zat ik van binnen toch wel flink te vloeken. Net als in de Charley Gaul fladderden er op de eerste klim ruim 100 man van me weg. Het gebrek aan power… Maar geen excuses, ik zit nu op m’n plek die ik nu waard ben. Resultaten uit het verleden, etc. Uiteraard wil ik liever veel verder van voren meerijden, maar het zit er nou eenmaal niet in. Maar ook even relativerend: om me heen kijkend zag ik gezichten die ik in het verleden ook altijd in mijn omgeving zag in dit soort ritten. Dat stemde me tevreden: zoals ik al aangaf was de bezetting enorm sterk hier vandaag, dus verder van voren willen zitten is hoe dan ook niet realistisch voor mij.

De groep waar ik in zat bestond uit zo’n 40-50 dappere strijders. De volgende hellingen werden gegroepeerd genomen, waarbij er van achter telkens wat afwaaiden (en meestal weer terugkwamen), en ook van voren er telkens een paar weg wilden rijden. Zinloos uiteraard zo ver van de finish; waar ga je dan in godsnaam naar toe rijden?? Die raapten we dan ook telkens snel weer op.

Zelf ben ik een tweetal keren in de problemen geraakt, al was het niet door fysieke onmacht. In de afdaling van de Oneux vond een Waalse malloot het nodig om aan ruim 60 km/u tegen m’n arm aan te duwen, en daarna eraan te trekken, om me te passeren. Nooit meegemaakt! Mafkees; ik bleef maar net overeind; blijkbaar reed m’n beschermengeltje mee vandaag... Dat maakte ik hem ook even flink duidelijk daarna (‘sorry, iek spriek gien Niederlánds’). Verder begon ik na een snelle afdaling van de Lorcé te ver van achteren aan de Chession. Het gat dat daar viel had ik pas op de top weer dicht gereden, vooral omdat ik telkens gaten dicht moest rijden die anderen daar lieten vallen. Maar verder voelde ik me heel goed (de beste jaarbenen? In elk geval de beste klimbenen van 2012!); op de zwaarste beklimmingen als Oneux en de Petit Redoute ben ik nooit uit de eerste 10 geweest.

Met zo’n 25 man begonnen we aan de laatste klim: de Hézee, op zo’n 7 km van de finish. Daar reden we wel met een man of 8 weg, maar de grote groep was nooit ver weg. Van vorig jaar weet ik dat op het plateau boven, en in de snelle afdaling erna, alles toch weer terug komt aansluiten. Dat was nu ook zo.

De finish was dit jaar iets verlegd. Dat betekende in de laatste paar 100 m achtereenvolgens een rotonde helemaal rond nemen, meteen erna een scherpe bocht naar rechts, knikje omhoog, weer scherpe bocht naar rechts, en dan op de parking van de Factory Outlet nog in carré-vorm een blokkie rijden. Kortom, probeer hier maar eens vooraan te raken, én te blijven. Een putdeksel waar ik vol inknalde net na genoemde rotonde, haalde bij mij de vaart er uit, verloor daar al een pak plaatsen, en opschuiven lukte nadien niet meer. Ik heb ook maar niet meer aangedrongen toen. Ik vond dit echt een flutaankomst, een cyclo onwaardig. Dit is veel te gevaarlijk om met een groep van 30-40 man op de finish af te stormen. Uiteindelijk ben ik gefinished in 3u48.

Daar stond ik dan na de finish. Onderweg had ik me niet echt kunnen bedenken of ik nu op weg was naar een goed resultaat of niet. De eerste indicatie is m’n gemiddelde. Onderweg was de bevestiging van m’n km-teller stuk gegaan, en kon ik daardoor niet meer kijken naar het gemiddelde. In de Amblève-vallei richting Remouchamps zag ik dat ik de kaap van 100 km rondde in 2u59 minuten. Dik 33 km/u op dat moment dus. ‘Er zijn genoeg dagen dat ik geen 100 km binnen de 3u afleg, en al zeker niet op zo’n parcours. Het zal dus wel hard gaan’, bedacht ik me toen al. Na de finish bleek m’n gemiddelde 33.9 km/u te zijn. Amaai… Ook ben ik op een identiek parcours bijna een kwartier sneller dan een jaar geleden. Nogmaals amaai… . En m’n achterstand op de winnaar: die bedroeg nauwelijks 20’. Dat is niks meer dan ik in m’n betere jaren op dergelijke parcoursen verloor. En nogmaals: amaai… De klassering dan: 150e. Ai, dat viel dus niet mee. Niet bepaald indrukwekkend. Weliswaar in dezelfde tijd als de nr 120, maar toch. Maar op de cijfers afgaand: in 2011 88e in 4u3, nu op exact hetzelfde parcours 150e in 3u49...

Maar: nu ik het even heb kunnen laten bezinken kan ik niet anders dan concluderen dat ik hier een hele goede race heb gereden. 33.9 km/u gemiddeld op zo’n parcours heb ik nog niet te vaak gedaan. Het gevoel onderweg was ook gewoon goed; eindelijk heb ik m’n klimbenen wat hervonden lijkt het. Beter laat dan nooit. Verder: zowel in de Charley Gaul als hier reden er op de 1e klim ruim 100 man van me weg. Maar waar ik in Luxemburg renners zag wegrijden die ik andere jaren nog kon bijbenen/kon kloppen, daar zaten hier de mensen van ‘mijn normale niveau’ nu ook in mijn groep. De bezetting was hier simpelweg vele malen sterker. En dan maar amper 20’ verliezen is meer dan behoorlijk. Deze zaken opgeteld brachten me op de conclusie dat ik in m’n betere jaren hier niet veel verder van voren zou zijn geëindigd dan nu. Ik zit momenteel wel 3 kg boven m’n topvormgewicht, wellicht dat dat nog wat zou kunnen schelen. Maar voor de rest is het vormpeil de laatste weken in stijgende lijn steil omhoog blijven gaan. Ook hiervoor geldt: beter laat dan nooit. Wel jammer dat het seizoen nu voorbij is!!

Maar ik ben in elk geval blij dat ik na een seizoen wat maar niet op gang leek te komen, en waarin alles tegenzat, ik in september toch nog een 3-tal topweekends heb mogen beleven. Dagen die me doen realiseren waarom ik er nog altijd zoveel tijd in steek, ervaringen opdoen die niemand me afpakt, etc. Cyclosportieven rijden blijft nou eenmaal enorm leuk. Dit alles geeft weer voldoende motivatie om te zorgen dat ik volgend jaar weer een pak meer van dit soort avonturen zal gaan beleven!!!

maandag 10 september 2012

Gerrie Knetemann Classic, 9-9-2012

Cyclo #164, G. Knetemann Classic, 9-sept 2012

Als cyclorijder in hart en nieren heeft 2012 tot nog toe niet bepaald de sportieve voldoening gegeven die ik altijd nastreef: op een voor mezelf acceptabel niveau meestrijden, liefst zo ver mogelijk van voren. De redenen hiervoor heb ik hier al eerder uitgelegd. Omdat ik de laatste weken toch wel wat beter in vorm ben gekomen, had ik aanvankelijk voor dit weekend een herhaling van de ‘dubbel’ van vorig jaar in gedachten: op zaterdag de Ronde van Picardië, en op zondag de Gerrie Knetemann Classic. Dit vooral om toch nog een paar cyclo’s gedaan te hebben dit jaar, en met een zo goed mogelijk gevoel de winter aanvatten. En vooral ook omdat ik de typische cyclo-sfeer toch wel enorm gemist heb dit jaar.

Echter, na de Charley Gaul van vorige week kwam ik de dagen erna geen poot meer vooruit. Niet hersteld…. Op woensdag in de Ardennen, op donderdag in het Reichswald; telkens weer dezelfde vaststelling. Enerzijds had ik zoiets van ‘wat is dat voor iets raars dat ik van een makkelijke cyclo als de Charley Gaul zo lang moet herstellen, dat is nog nooit zo geweest’, maar anderzijds ook het besef van ‘de conditionele basis is nou eenmaal wankel, wat ook een nadelige invloed heeft op m’n herstelvermogen’. Omdat het toch een flinke reis is naar Picardië in het holst van de nacht, en het risico me te groot was dat ik ook in Picardië geen poot vooruit zou komen besloot ik op vrijdag dat ik niet ging afreizen, en dan maar wilde gaan proberen om een goede Knetemann rit te rijden. Dat bleek een goede beslissing: op zaterdag tijdens een training in de Reichswald-heuvels bleek andermaal dat ik niet voldoende hersteld was van de Charley Gaul, ik was wederom niet vooruit te branden. ‘Ik ben blij dat ik niet in Picardië zit’, was toen op de fiets de overheersende gedachte.

De Knetemann-rit heb ik nooit overwogen om die ook af te blazen. Immers, die is vlak. En gek genoeg gaat het snellere, vlakke werk me de laatste tijd juist goed af; daar waar m’n klimkunsten continu ver achterblijven bij wat ik voorgaande jaren allemaal kon. En bovenal, zo’n Knetemann rit is altijd leuk om mee te pikken. ’t Is uiteraard geen officiële cyclo, maar de manier van rijden is wel als dusdanig: groepsstart, iedereen uitgerust met een chip, en een peloton waarin iedereen rijdt om zo snel mogelijk aan de finish te raken. Nadien even de resultaten sorteren op tijd van binnenkomst en we hebben een uitslag. Voila: alle ingrediënten van een reguliere cyclo zijn aanwezig dus.

Rond 7u30 kwam ik aan bij het Olympisch Stadion. Snel ingeschreven en me richting startvak begeven. Even na achten werd het startschot gelost. Bij werkelijk fenomenaal weer. Al 18ºC bij de start, wat zou oplopen tot 27ºC of zo. Kaiserwetter noemen ze dat tegenwoordig, heb ik ergens gelezen. Na de start even slalommen rond het Olympisch Stadion, en daarna gelijk het Amsterdamse Bos in. In deze rit is het de eerste km’s altijd koppen tellen. Met hoeveel zijn we vandaag die er echt voor gaan? In dit geval telde ik een man of 30.

Het hoogst haalbare doel wat ik mezelf hier had gesteld voor vandaag was om zolang mogelijk mee te gaan. Ik wilde er niet afgereden worden waar niet nodig. Zoals me dat in 2008 en 2011 was overkomen. Als eerste eindigen zoals in 2007 is ook niet reëel, maar overleven met deze eerste groep tot het eind leek me een mooi doel. En dan zou ik wel zien wat voor klassering dat zou geven.


Als er in deze ‘cyclo’ één ding van ab-so-luut levensbelang is, dan is het wel opletten. Opletten, opletten, opletten. Veel meer nog dan in reguliere cyclo’s. Opletten voor de vele vluchtheuvels, paaltjes en andere verkeersremmers. Opletten om geen pijl te missen. Opletten om je continu goed te positioneren, zodat er nergens een scheur valt en ik onnodig achterop raak. Opletten op je mederijders: er zijn er altijd wel bij die er maar niet in slagen om een bocht fatsoenlijk te nemen aan hoge snelheid, of een beetje hun lijn te houden. In elk geval zorgen dat je niet achter zo iemand rijdt.

De uitdunning vond gaandeweg wel plaats. En inderdaad, bijna elke keer door zgn. ‘incidents des parcours’:
- De splitsing tussen de 100 en de 150 km route was slecht aangegeven (volgens mij ontbrak er een bord). Onze groep zat al zeker 5 km op de 100 km route, toen het duidelijk werd dat er iets niet klopte. Slechts een klein deel van zo’n 15 man, inclusief mezelf, draaiden terug naar die splitsing, om verder de 150 km route te volgen. De rest reed dus verder de 100 km route. Dat scheelde al een pak ‘concurrenten’.
- Na zo’n 120 km werd er een klein waaiertje getrokken. Daarbij waaiden er nog wat zwakkere broeders af. Ik was net de laatste die meekon, stelde ik na een bocht vast. We waren nog met 10 man over toen.
- Op zo’n 7 km voor het eind: een enorme knal vlak achter me. Ik dacht eerst aan een aanrijding omdat er ook een auto achter ons zat. Ik kon het niet goed zien, omdat ik op dat moment vooraan reed, maar later hoorde ik dat het een klapband was. Dat had wel tot gevolg dat de ploeg die bijna alle kopwerk deed (5 van de 10) allemaal in de remmen knepen. Gevolg was dat we nog maar met 4 man overbleven.
- Ik wist uiteraard niet zeker of er, terwijl wij fout waren gereden en zo’n 10 minuten verloren hadden, er intussen een ander peloton voor ons was komen te rijden. Het leek me onwaarschijnlijk, gezien de gemiddelde snelheid die we haalden (ruim 38 km/u), dat doen er niet veel hier. Dus volgens mijn inschatting waren we op dat moment toch echt voor de plaatsen 1 t/m 4 aan het rijden.
- 2 km voor het eind: splitsing fietspad/ventweg, en een vage pijl welk van de 2 de juiste route was. Ik maakte de foute keuze terwijl ik op kop zat: de 2 sterkste rijders reden hier weg, en ik kreeg de 50 m achterstand die ik daar opliep niet meer dicht. De 4e hield ik wel achter me, zodat ik als 3e over de streep kwam. De eerlijkheid gebied me wel te zeggen dat de eerste 2 veel sterker waren; die had ik never nooit geklopt. Dat realiseerde ik me al kilometers er voor. In tegenstelling tot in 2007, toen ik als eerste binnenkwam, was ik nu geen seconde bezig geweest met de vraag hoe die putsch van toen nog eens over te doen. Ze waren veel te sterk, voelde ik. Nu gingen ze 100 m voor me over de streep, zag ik, maar ik was zeker niet ontgoocheld. Integendeel. Volgens mij 3e geworden, overleefd tot het eind, een gemiddelde van liefst 38.4 km/u… Hier had ik vooraf voor getekend!




Een dag later was de uitslag beschikbaar. Even kopiëren naar Excel, sorteren op tijd van binnenkomst, en voila: de uitslag. Inderdaad: 3e. Onverhoopt. Niet verwacht. Om een heleboel redenen.

Want: ik had heel de rit al slechte benen. Toen het eventjes op de kant getrokken werd ging ik er nét niet af. Diverse keren ook een gaatje moeten dichtrijden. Maar anderzijds: nóóit afgeven. Dat is o zo vanzelfsprekend als de benen goed zijn, maar ook o zo makkelijk om aan toe te geven als de benen slecht zijn. Gelukkig heb ik doorgebeten dit keer. Want dit zijn ook de soort inspanningen die nodig zijn om beter te worden, en wat ik dit jaar veel te weinig gedaan heb.

En op deze manier is ook het leukste. Want ook al gaat het máár om de Gerrie Knetemann Classic, en ook al is het máár een surrogaat-cyclo, en ook al ontbreekt hier elke vorm van klimwerk, en ook al is het deelnemersveld niet je-dat, en ook al is het gevaarlijk in de ogen van velen om dat hardrijden in deze omgeving te doen, en ook… , en ook… : het allerbelangrijkste is dat deze jongen een topdag heeft gehad!!! Met sportieve voldoening erbij. Eindelijk eens een keer. De eerste keer dat ik dat kan concluderen in 2012. Ik had dat dit weekend liever gehad in Picardië, en nog liever had ik dat al eerder gehad in pakweg La Vaujany of de Alpen Challenge. Maar ik heb me er bij neer moeten leggen dat dat dit jaar niet haalbaar is. En dan ben ik blij dat ik toch nog een topdag heb mogen beleven, ook al is het in de Knetemann-rit. Om weer topdagen te kunnen beleven in de ‘echte’ cyclo’s, daarvoor is eerst een goede winter + voorjaar nodig. Waar ik na deze rit gemotiveerder dan ooit aan ga werken.

maandag 3 september 2012

La Charley Gaul, 2-9-2012

Cyclo #163, La Charley Gaul, 2-sept-2012
Niet meer verwacht, toch nog gekomen. Nl., dat de 163e cyclo uit m’n carriere nog in 2012 zou plaatsvinden. Ik had me er ruim een maand geleden al bij neergelegd dat het seizoen 2012 voorbij zou gaan zonder deelname aan één enkele cyclo. Echter, in de loop van augustus voelde ik eindelijk eindelijk eindelijk dat de conditie in stijgende lijn zat. En dat na bijna 11000 km…. Ik merkte dat aan de hartslagen die ik haalde, en ook bij herhaling kon halen tijdens Zuid-Limburg- en Ardennentrainingen. Ik merkte dat aan het steeds gemakkelijker kunnen volgen bij de Wedrenners. Vorige dinsdag was wat dat betreft een hoogtepuntje: aan een voor mij recordgemiddelde van 39.7 km/u ben ik thuisgekomen; in 12 jaar Wedrenners was dit maar 2 keer eerder boven de 39 km/u!!). En ook: ik had de afgelopen weken eindelijk eens wat langere duurritten kunnen doen zonder problemen, én die goed verteerd.

Kortom, in de loop van augustus ben ik toch maar weer eens stiekem naar de cyclokalender gaan kijken voor wat mooie septemberdoelen, en voor dit weekend kwam ik uit bij goeie, ouwe Charley Gaul.

Ik had hier al 8 keer eerder aan de start gestaan, met als resultaten:

2002: 73e, 20’ na winnaar
2003: 35e, op 19’
2004: 52e, op 27’ (in de regen)
2005: 52e, op 21’
2006: 39e, op 7’
2007: 80e, op 17’
2008: 44e, op 24’ (in de regen)
2009: 133e, op 20’

Kortom, wisselende resultaten door de jaren heen, met vooral 2003 (toen twee keer zoveel hoogtemeters als tegenwoordig!!), en 2006 (supersuperbenen die dag) als uitschieters. De laatste jaren was het er niet meer van gekomen hier deel te nemen (2010 compleet uit vorm, 2011 foute inschatting van het weerbericht), maar in principe is La Charley Gaul toch altijd een vaste afspraak voor mij.

Heel veel ambitie had ik niet op voorhand voor deze cyclo, aangezien ik wel wist dat de échte macht bergop er niet is dit jaar. En er ook niet meer gaat komen de komende weken. Dus gewoon een dagje lekker hardrijden, en me zoveel mogelijk amuseren, was de opdracht; niet focusseren op een uitslag.

Om 8 uur reden we (Kaj en ikzelf) het nog ontwakende Echternach binnen. Beetje vroeg, maar in 2009 was het zo achterlijk druk hier, dat ik niet het risico wilde lopen weer achteraan te moeten staan bij de start. Beetje overdreven zo bleek… Er was nog vrijwel niemand. Nummers opgehaald. Tot m’n verbazing stond ik zowaar op de deelnemerslijst; inschrijving via de krakkemikkige website was blijkbaar toch gelukt. Daar twijfelde ik aan, want ik had geen bevestiging gekregen en ook niet hoeven te betalen. De wonderen zijn de wereld nog niet uit.

Om half 9 richting startvak. Daar waar in 2009 op dat tijdstip al 400 man voor me stond, daar was ik nu zo’n beetje de eerste malloot, die daar ging staan, om te gaan staan te k-k-klappertanden bij amper een graad of 6..

Maar goed, om 9 uur ging het dan toch los. Zo’n 350 man deden mee op de langste afstand. Ik merkte in de aanloop meteen dat ik dit jaar nog geen cyclo had gereden. Hoewel het rijden in een groot peloton nog altijd één van m’n grootste kicks is, was m’n pelotonroutine wel heel ver weggezakt. Ik liet me in de eerste 2 km al zo’n 50 plaatsen wegdrummen. Van m’n goede voornemen om na goed 10 km voorin te zitten aan de voet van de eerste klim, kwam niet veel terecht. Tja… Ik schat dat ik rond de 100e positie zat of zo bij het opdraaien. Ik moest toch wel in mezelf wat lachen: ik ging van start met het idee dat een uitslag niet belangrijk is vandaag, en wat doe ik onderweg: rijden alsof m’n leven er van af hangt, en flink balen als ik te ver zit op het moment suprème. Het aloude oerinstinct van de ervaren cyclorijder overheerst blijkbaar op zo’n moment toch altijd weer.

De Cote de Beaufort was de eerste klim. Deze klim zit op dit continu veranderende parcours er eigenlijk elk jaar wel in, en kende niet teveel geheimen voor me. Maar heel veel schoot ik daar niet mee op. Er fladderden ruim 100 man zo van me weg daar. Geen mogelijkheid om ook maar mee te gaan. Ook al hoop je op het tegendeel; ik moest vaststellen dat ik bergop toch nog wel enkele tientallen wattjes te kort kom in vergelijking met voorgaande jaren. En dat zal dit seizoen ook niet meer goed komen. Werk aan de winkel deze winter, en volgend jaar zorgen voor een betere basis dan dit jaar.

Na deze Cote de Beaufort kwam ik in een pelotonnetje van zo’n 50 man terecht, met daarbij ook de beste 2 vrouwen. Hier werd redelijk goed doorgereden, en bergop behoorde ik toch wel tot de beteren van dit gezelschap.

Deze Beaufort was gelijk de lastigste klim van de dag, de overige hellingen met welluidende namen als o.a. Gralingen, Hoscheid, Schlinder-Manderscheid, Hierzenhaff en Folkendange werden en groupe genomen. Dit verliep allemaal vrij geruisloos, behalve dat ik het idee had dat de deur van achter openstond, de groep was op een gegeven moment nog maar zo’n 25 man.

Breekpunt van de dag voor mij was de 3e bevoorrading, op 30 km van het einde. Chaos daar, omdat de rijders van de korte afstand gewoon ineens midden op de weg stil gingen staan. Daar eenmaal voorbij geslalomd stonden er gelijk na de verzorgingspost diverse personen van die heerlijk vieze flesjes Rivella (de hoofdsponsor hier) uit te delen. Één zo’n flesje rolde over de grond. De rijder voor me had blijkbaar dorst, en ging een beweging maken die ik nog nooit eerder had gezien. Hij ging al rijdend dat ding proberen op te rapen. Dat had tot gevolg dat hij z’n fiets ook dwars voor me zette. Ik kon er niet meer omheen; ik kon óf tegen hem aan knallen, óf de berm in. Het werd de berm. Aangezien die 5 cm lager was dan het asfalt, verloor ik m’n evenwicht. “GVD, l#l, ga in het circus oefenen!!!”, of iets van die strekking, riep ik naar hem. En dan lig je daar. De eerste 10 seconden wat verweesd, me afvragend waarom dit me juist nu weer moest overkomen. Alsof er nog niet genoeg had tegengezeten dit jaar. De tweede 10 seconden was het schade opmeten. Flink bloedende, kapotte knie, vanwege het grint waarop deze beland was. Daarnaast een mooie schaafwond op de dij, maar de broek was gelukkig niet stuk. Voor de rest niets; de snelheid was dan ook laag, zo’n 15 km/u, omdat het flink bergop liep daar. De derde 10 seconden was het schade aan de fiets opmeten. Die was er niet, tenminste niet zichtbaar. OK, ik kon dus verder. Vervolgens proberen weer op gang te komen, wat niet evident was met 7% stijgingspercentage.

De groep reed inmiddels 200m voor me. Die was ik dus definitief kwijt. Dju. DJU!!! Ondanks dat ik niet voor een uitslag ging, had ik toch graag daarmee de rit uitgereden. Dat was me niet gegeven dus. Toen had ik er ook even helemaal geen zin meer in. Beetje freewheelen. Eten. Gelletje. Maar na 2 km probeerde ik me toch te herpakken. Naar de finish moest ik toch, en ik wilde hoe dan ook in de uitslag staan. De derailleur had wel een tik gehad; schakelen ging moeizaam, en de ketting sloeg regelmatig over tussen 2 kransjes.

Vervolgens de laatste 30 km solo gereden. En als dan alles tegenzit, dan kon ook het schrikbeeld van elke cyclorijder er nog wel bij. Immers, ik had redelijk goed doorgegeven om toch nog zo snel mogelijk binnen te zijn. Inclusief de laatste 10 km vallei richting finish, met een briesje tegen. Alles solo. En dan wordt je in de laatste 500 m overvleugeld door een volgend peloton, waardoor ik nog zo’n 40 plaatsen verder naar achter zak in de uitslag. GVD!!! Toch nog een keer flink gevloekt daar, ook al ging het nergens meer om. Dat aloude cyclo-oerinstinct…

Nadat ik over de finish was gekomen was ik flink chagrijnig. En da’s nog zacht uitgedrukt. Me een weg banende op een niet al te vriendelijke manier tussen alle reeds gefinishte, en in de weg staande renners. Met een gezicht dat op onweer gestaan moet hebben. Niet dat zij er veel aan konden doen trouwens. Kaj gezocht. En gevonden. Hij bleek zowaar 18e (!!!!) te zijn geworden. Topprestatie, mijn respect! Daar kan ik enkel maar van dromen. Ik vond mezelf terug op de 171e plaats, 42’ achter de winnaar. Nog net in de eerste helft van de uitslag. Slecht. Schandalig slecht! Nog wat nagepraat met diverse bekenden, die ik het hele jaar nog niet had gezien, maar het baalbaalgevoel overheerste toch. Gauw vergeten deze cyclo. En me richten op de volgende doelen die ik me nog gesteld heb, te beginnen met de Ronde van Picardië a.s. zaterdag. Want ik vond het wél leuk om weer eens ergens mee te doen, en dat smaakt zeker naar meer.

De chagrijnige bui werd ‘s avonds rap verholpen door de persoon die me het beste kent: mijn vrouw. Op mijn opmerking dat m’n fiets niet goed meer schakelde na die val en dat er naar gekeken moest worden, kwam spontaan het aanbod dat zij op maandag wel naar de fietsenmaker zou gaan om het te laten maken, wetende dat ik geen tijd heb, dat hij op dinsdag gesloten is, en dat ik toch wil doortrainen. De schat..

dinsdag 24 juli 2012

Wat er nog rest in 2012...

Wat rest me nog in 2012 op de fiets? Dat is een vraag die me de laatste dagen toch wel heeft bezig gehouden. Hooggebergte zit er niet meer in. Hier en daar een dagje Limburg/Ardennen zal ik heus nog wel doen, maar dat is geen doel. Cyclo's gaat hem ook niet meer worden wegens gebrekkige vorm. En nu al aan de winter beginnen, nu het eindelijk eens normaal mooi zomerweer is, dat wil ik ook niet; daarvoor fiets ik te graag. Want heel simpel gesteld: zonder doel rondfietsen, da's niets voor mij. Ik moet ergens naar toe kunnen werken.

Omdat ik het duurvermogen, en de kracht niet heb dit jaar voor cyclo's, en omdat ik ook wel voel dat dat in de resterende 7 weken niet meer goed gaat komen, heb ik mezelf nog 1 doel gesteld: zo vaak mogelijk met de Wedrenners-A1 op dinsdagavond meerijden, en in elk geval proberen te volgen. Dit is ook het meest nuttige dat ik nog kan doen met het oog op 2013; ik wil nu ook niet de conditie te ver laten wegzakken.

Dit alles klinkt allemaal simpeler dan het is: soms met snelheden die op het vlakke de 50 km/u ruimschoots overtreffen, en een gemiddelde van 40+ op een rondje van 53 km, met 200-zoveel hoogtemeters.. Als ik goed ben, lukt me dit redelijk probleemloos met zelfs kopbeurten erbij, maar als ik wat minder ben zoals nu is het harken, harken, harken, en vooral slim rijden zonder te veel te doen.

Vanavond is het er aan blijven hangen in ieder geval prima gelukt, voor het eerst in 2 maanden of zo... Volgende week opnieuw!




zaterdag 21 juli 2012

Kleine update - deel IV - Fin de Saison

In m'n vorige bericht had ik gezegd dat ik het gevoel had alsof 'het lek boven' was, in het verhaal dat ik het hele jaar nog geen poot vooruit kwam. Ik ben toen vrij snel begonnen met het innemen van de vitamine-preparaten. En ik moet zeggen: het resultaat was vrij spectaculair. Ik zag binnen een paar dagen bergop ineens hartslagen verschijnen die ik het hele jaar nog niet gezien had. Ook voelde ik me buiten het fietsen om veel fitter dan ik de afgelopen maanden was. Achteraf vallen de puzzelstukjes dus wel in elkaar..

Dit is dus een eerste belangrijke stap in de voorbereiding op alles wat nog komt. Maar de topvorm was op dat moment nog ver weg. Dat merkte ik bij een Limburg-training, bij de Wedrenners, ... Een keer diep gaan lukt, da's al heel wat, maar ik verteerde ritmewisselingen in een groep, en meerdere hellingen achter elkaar nog niet goed.

Ik had gehoopt m'n TopVorm te vinden tijdens de geplande gezinsvakantie in de Franse Alpen: een weekje rondfietsen daar, inclusief deelname aan m'n favoriete cyclo's La Madeleine en La Bourgui. Echter, een tweetal weken geleden werd m'n zoontje van 9 plots opgenomen in het ziekenhuis, waarbij ook operatief ingrijpen noodzakelijk was. Inmiddels gaat het wel weer beter met hem, maar dit had wel tot gevolg dat de vakantie niet door kon gaan. M'n laatste kans om nog hooggebergte te zien in 2012, én om me een beetje in vorm te rijden was daarmee verkeken.. Maar soms zijn er belangrijker zaken dan fietsen, en dat was dus de afgelopen weken..

Nu is het half juli geweest: compleet uit vorm, geen echte cyclodoelen meer, geen mogelijkheid meer om een conditieboost te krijgen in het hooggebergte, ruim 3 kg te zwaar... En ook: als je al ruim 10000 km op zoek bent naar iets van Vorm, en het zit telkens om uiteenlopende redenen weer tegen, dan begint dat ook op het moraal te werken, zelfs bij iemand die eigenlijk jaarrond gemotiveerd is als ik. Kortom, in 2012 zal het niet meer goedkomen voor m'n gevoel, en ik zal pas in 2013 weer aan cyclo's gaan deelnemen. Met hopelijk wat meer meeval dan dit jaar...

2012 zal de geschiedenis ingaan als het eerste colloze jaar sinds 1991, het eerste cycloloze jaar sinds 1996, het eerste Bourg d'Oisans-loze jaar sinds 1994, en het jaar met het laagterecord aan km's sinds ik in 1999 voluit begon.. Dat gaat volgend jaar goedgemaakt worden, zeker weten!

zaterdag 30 juni 2012

Kleine update - deel III

Sinds mijn vorige bericht zijn we alweer wat weken verder, waarin ik weer wat verder ben gekomen in de zoektocht wat me nou eigenlijk mankeert dit jaar. Al is mankeren wat vertrokken in dit verband, want ik voel me eigenlijk gewoon kiplekker.

In m'n vorige bericht had ik gesteld dat ik vermoedde dat m'n redelijk lage ijzerwaardes wel eens de bron van alle fysieke tekortkomingen zou kunnen zijn. Op grond daarvan ben ik toen aan de extra ijzerrijke supplementen gegaan, en op m'n voeding gaan letten. Echter, ik kwam een paar dagen later de resultaten tegen van een sportkeuring uit febr 2008, en toen was de ijzerwaarde 8.5.... ofwel exact hetzelfde als nu. En 2008 was wél een goed fietsjaar. Om deze reden kon dat dus bijna het probleem niet zijn. Ook kwam ik tijdens trainingen in de Ardennen en Limburg maar weer eens geen poot vooruit, kon er zelfs Arno M. niet volgen bergop, die a) altijd qua niveau een eind beneden mij zat en b) net terugkeert uit een maandenlange lappenmand.

Omdat ik het eigenlijk helemaal zat was, werd het tijd voor een grondige checkup. Immers, ik ben in 2012 tot nog toe fietstrip na fietstrip aan het schrappen. Geen dichtbij-huis-cyclos, geen 3-Ballons trip, geen Vaujany trip... Verder: louter frustraties tijdens m'n geliefde trainingen in Limburg/Ardennen. Op deze manier gaat het seizoen wel heel snel aan me voorbij. En eer ik terug op niveau ben gaan er ook weer wat weken overheen vanaf het punt dat ik weer voluit kan trainen. Dat punt was dus ook nog niet bereikt. En ook: als ik wat mankeer wil ik ook zo snel mogelijk weten wat er loos is. Ik heb dus een afspraak gemaakt met SMA Midden-Nederland (Guido Vroemen), daar waar ik ook vorig jaar al eens ben geweest voor een inspanningstest. Afgelopen dinsdag 26 juni ben ik er naar toe gegaan voor een nieuwe inspanningstest, met ook een lichamelijke checkup.

Tijdens de inspanningstest kwamen alvast een aantal opmerkelijke zaken aan het licht: - Bij vorige tests was het wattage bij het omslagpunt altijd rond de 290W. Nu was dit nog slechts 220 W. Dat scheelt nogal een slok op een borrel! - M'n omslagpunt heeft altijd op 155 slagen per minuut gelegen. Nu was dat 138.... Geen wonder dus dat ik moeite had om te klimmen bij een hartslag van 150-155 (wat ik altijd deed), en geen wonder dus dat de keren dát me dit lukte ik er twee uur van moest bijkomen. Ik zat simpelweg zwaar in de weerstandszone te rijden... - Tijdens dezelfde test vorig jaar was de ratio vetverbranding/koolhydraatverbranding 90%/10%. Nu lag dit op 50%/50%. - M'n vaststelling dat ik niks in cyclo's te zoeken had was dus juist; de bovennoemde getallen spreken voor zich. Ook al omdat ik pas voor meerijden in de achterhoede, ik heb toch een iets andere sportieve beleving...

Vraag bleef dus over: hoe kan het dat ik zoveel minder vermogen heb dit jaar?? Hiertoe was het even wachten op de uitslag van de bloedtesten. Deze kreeg ik vandaag binnen, met ook alle andere resultaten. De belangrijkste uitslagen van dit alles waren: - Lengte 1.78 - Gewicht: 65 kg - Vetpercentage: 8% - Bloeddruk, HF: normaal - VO2 max: 51.6 (was altijd 66) - Vermogen bij omslagpunt: 3.4 W/kg (was altijd 4.4) - Hematocriet: 45% - Hemoglobine: 8.6 (zelfde als altijd dus) - Vitamine D: te laag!!! - Vitamine B12: te laag!!! - IJzerstofwisseling: normaal - Schildklierfunctie: OK

De belangrijkste afwijkingen waren dus de tekorten aan Vitamine D en B12. Even snel gegoogled, en daar vond ik op diverse sites dat dit best wel eens te maken kan hebben met mijn 'klachten'.

Ik heb wat aanbevelingen gekregen voor voedingssupplementen, en een recept. Hiermee ga ik maandag starten. En dan is het hopen dat het snel effect heeft. Want dit is toch voor het eerst sinds weken dat ik het gevoel heb dat het lek boven is. Hopelijk kan ik nu snel weer voluit trainen, dan is het misschien toch nog niet te laat om met een acceptabele conditie aan de start te staan van La Bourgui (29 juli)..

woensdag 13 juni 2012

Kleine update - deel II

Sinds m'n laatste, wat minder vrolijke, bericht hier heb ik gewoon doorgetraind. Echter, het ging van kwaad tot erger op training. Tijdens de paar Ardennentrainingen die ik heb afgewerkt kon ik totaal niet diep gaan. Als ik als een 'explosie' bergop kon doen, dan moest ik daar 2 uur van bijkomen. De Rosier rijd ik al jarenlang op tegen de 20 km/u (zo'n 14' klimtijd), nu al een paar keer aan 16 km/u (16'+ klimtijd). Afgelopen weekend bleek zelfs de Chambralles niet steil genoeg om de hartslag boven de 135 te krijgen. Een dag later tijdens een D1 rit kon ik enkel maar in de H-zone rijden. In de Chouffe classic vorige week zelfde ervaringen: geen macht om zelfs maar groepjes te volgen. Constante factor tijdens de afgelopen 6 weken was telkens dat ik bergop totaal geen macht had/heb.

Om deze redenen had ik al de Klim Classic en de 3 Ballons geschrapt. Na afgelopen weekend heb ik hetzelfde gedaan met La Morzine en La Vaujany; op deze manier heeft dat geen enkele zin. Ik had niet het gevoel dat het binnen een week 180 graden zou draaien. In plaats daarvan leek het me verstandig om eens een arts te raadplegen.

Dat is inmiddels gebeurd. Bloed is geprikt, en de uitslag sinds vandaag bekend. Met de hoeveelheid bloedplaatjes/witte bloedlichaampjes is alles in orde. Dus gebaseerd op dat geen sluimerende infectie/ziekte of wat dan ook. Hb gehalte zat wel op de ondergrens (moet tussen 8.5-11 zitten; ik zat precies op 8.5). Dit was geen aanleiding voor de huisarts om ijzerpillen of iets dergelijks te geven. Ik heb wat voedingsrichtlijnen gekregen (meer rood vlees, peulvruchten, cashewnoten, ...), en het advies om over een maand nog eens te laten prikken.

Als sporter ben je altijd ongeduldig, ik ben daar zeker geen uitzondering op. En zeker nu, in de tijd dat alle mooie ritten waar ik maanden naar toe heb geleefd als een schicht aan me voorbij aan het trekken zijn. Na overleg met trainer heb ik voedingssupplementen aangeschaft waar extra ijzer in zit. Immers, de arts vindt zo'n waarde van 8.5 nog perfect normaal voor een gemiddeld iemand. Die zal geen klachten krijgen. Maar ik, als duursporter, ben toch iemand die z'n grenzen opzoekt, en dus sneller problemen krijg als de Hb waarde te laag wordt.

Voor nu zijn de plannen in elk geval zo dat ik dit weekend weer terug op de fiets stap; wat rust kan geen kwaad na de uitputtingsslag van afgelopen weekend, eens kijken hoe dat gaat, en vandaar uit weer verdere plannen maken.

Wordt vervolgd....

woensdag 30 mei 2012

Kleine update

De vaste meelezer hier zal zich vast al wel afgevraagd hebben waar de levendige beschrijvingen van m'n cyclo-avonturen toch blijven. Wel, het antwoord is simpel, er zijn nog geen verhalen te vertellen omdat ik er nog geen beleeft heb. En ik weet ook nog niet wanneer dat wel het geval zal zijn.

Na m'n week Mallorca, waar ik goed heb getraind, is het eigenlijk een beetje in de soep gedraaid. Vooral vanwege het weer; telkens ik een serieuze training had staan was het of te koud, of te vochtig, of beide. Liefst tot 4 keer toe een Ardennentraining op het laatst laten vallen, en ook m'n eerste cyclo (Les Six Bourgeois in Calais) vanwege teveel nattigheid niet gereden. Ik vond het toch wat te link om op natte wegen in een groot peloton m'n leven te gaan wagen. Ook viel ik in die periode flink (op een senior geknald die z'n Sparta-met dwars over het fietspad zette, nog 2 weken last gehad van hoofd/schouder).

Omdat ik half mei nog steeds allesbehalve in topvorm verkeerde, heb ik toen al het mes gezet in m'n cycloprogramma. Klim Classic werd een no-go, evenals 3 Ballons. Een nieuwe aanloop heb ik uitgezet, met als hoofddoel La Vaujany, via Morzine.

Vooral 3 Ballons deed me toch wel pijn: ik ben er niet meer geweest sinds 2009, en ik had hem dit jaar als Hoofddoel #1 gezet. Maar ja, als ik niet op een voor mezelf aanvaardbaar niveau rijd, dan weet ik uit ervaring dat zo'n rit me enkel maar frustratie gaat geven i.p.v. sportieve voldoening. Daar pas ik voor, dan stel ik beter m'n doelen bij.

Nu hopen dat ik tegen de Vaujany wel in orde ben. Momenteel draait het nog steeds ronduit vierkant, zoals ik tijdens een 2-tal Ardennenritten afgelopen week kon vaststellen. Ik kan m'n hartslag niet in D3 krijgen momenteel. Deze week vooral rust, en dan vanaf komend weekend maar weer eens proberen op te bouwen, in de hoop dat het toch wat betert, dat ik toch eens wat power in de benen ga voelen. Ondertussen maar eens verder m'n hoofd breken over het waarom...

zaterdag 31 maart 2012

Well, you can move a mountain and shut out the sky

Op vrijdag heb ik er voor gekozen om solo op pad te gaan. Het was immers alweer een paar jaar geleden dat ik de Puig Major/Coll de Soller nog bedwongen had; de langste beklimmingen die er hier voorhanden zijn. In totaal een rondje van zo'n 140 km of zo vanuit S'Arenal. Redelijk ambitieus, met de zware donderdagrit nog in de benen, maar goed. Trainer vond het de beste manier van deze dag in te vullen.

Eerst zo'n 40 km naar Selva over veelal glooiend terrein, daarna de Puig Major op. Een klim in meerdere schuifjes. Eerst 8 km gelijkmatig omhoog, daarna zo'n 10 km op een plateau, beetje omhoog/beetje omlaag. Vanuit hier heb je werkelijk schitterende uitzichten op de omliggende rotspartijen en de zee, en daarna nog eens 6 km tot de top. Ik voelde wel dat het beste er wel wat af was; ik kon amper de D3 zone bereiken, en al zeker niet langere tijd vasthouden.






Vervolgens een 15 km lange afdaling naar Soller. Voor de 2e keer in 2 dagen kwam ik Jurgen van den Broeck tegen; hij was hier omhoog aan het klimmen. Vanuit Soller moest ik nog de Coll de Soller over: 7 km aan 5%, met oneindig veel hairpins. Hier ging het kaarsje toch wel wat uit. Boven even een colaatje gepakt, en daarna over veelal vlakke wegen, maar wel met een straffe wind tegen terug naar S'Arenal.








Totale oogst: 134 km en net geen 2000 hm, aan het baggergemiddelde van 26.5 km/u. Behoorlijk gaar, maar wel één van m'n favoriete rondjes hier weer eens gereden.

Op zaterdag nog een lange duurtraining gedaan; op zondag nog een kort H-ritje, en dan zondagnamiddag weer naar huis, mits we dit keer wel in het vliegtuig mogen.. En dan zit het er weer op. In totaal bijna 800 km rijker dan. En naar goede gewoonte hier was het weer een bijzonder geslaagde vakantie!!

donderdag 29 maart 2012

Life should never feel small

Vandaag heb ik weer eens kunnen ervaren waarom ik hier zo graag train en verblijf. Een mooie rit langs de bijzonder fraaie kustweg aan de westkant van het eiland (voor de kenners: van Banyalbufar naar Andratx). Een glooiende weg van zo'n 35 km, met een aantal beklimmingen tot zo'n 3 km lengte. Maar vooral: een majestueus uitzicht op de zee (rotsen, zandbanken, zee, vergezichten; dit alles te bezichtigen van hoog tot laag gezien het parcours). Zeker omdat het vandaag redelijk helder was, was het genieten.



Ook de benen werkten goed mee: een dagje rust heeft me duidelijk goed gedaan. Voor het eerst dit jaar had ik het gevoel dat de goede klimbenen er aankomen.

En ook: profrenners spotten. Altijd leuk. Vandaag Jurgen van den Broeck gezien (de bovenbuurman van Sven Nijs hier ergens naar het schijnt), hij aan het klimmen terwijl wij een afdaling deden.

woensdag 28 maart 2012

Those who are dead are not dead and they're living in my head

Op dinsdag de 2e lange rit afgewerkt hier op Mallorca. Andermaal onder een prachtig blauwe lucht en bij zeer aangename temperaturen. Vandaag stond er een heuvelachtige rit op het programma (1200 hm, een stuk of 4 'Ardennenklimmetjes')

Vandaag was ook de eerste keer om mezelf eens te testen. Immers, tijdens m'n bronchitis van de laatste twee weken moest ik telkens vast stellen dat ik m'n hartslag met geen mogelijkheid zelfs maar in de buurt van D3 kon krijgen, laat staan houden, als het even ergens bergop ging. In Limburg, op Tivoli, tijdens een tijdrittestje, tijdens... ; nou ja, het was één continue frustratie. Op het moment zelf denkt de emotionele ik telkens van 'gaat dat nog ooit goedkomen?', daar waar de rationele ik daar tegen over zet 'zie nou eerst maar eens dat je die bronchitis kwijtraakt'. Maar frustrerend is het wel, voor iemand als ik die eigenlijk nooit wat mankeert.

In overleg met de trainer een programma opgezet voor deze week, met als belangrijkste insteek om in elk geval rustig aan te beginnen. Op zondag dus rustig aan een soloritje, op maandag 120 km rustig met de groep, en vooral: bergop rustig aan. Dat betekende in de praktijk me overal bewust moeten laten lossen. Niets voor mij eigenlijk, want ik rijd toch altijd graag hard omhoog, en vind het toch leuk om anderen pijn te laten lijden in m'n wiel. Maar goed, ik heb het verstand laten werken, en me ingehouden. Op dinsdag mocht ik 1 keer testen, tijdens de rit van zo'n 130 km. Klim van 6 km aan 7%, en warempel: ik was zowaar weer 'opgestaan uit de doden', om het even plastisch uit te drukken. Heel de klim, zo'n 25 minuten, mooi net onder het omslagpunt omhoog kunnen rijden. We zijn dus weer vertrokken richting een hoger conditieniveau!

Het hoesten is inmiddels nagenoeg voorbij (enkel nog net na het fietsen...). Vandaag een dagje rust, morgen en vrijdag voluit, en dan zaterdag nog wat duur, en dan zit het er weer op.

maandag 26 maart 2012

Mister blue sky is living here today

Inmiddels ben ik al aan m'n 3e dag bezig op Mallorca, en heb er al zo'n 250 km opzitten.

Afgelopen zaterdag was een regelrechte horrordag: vol vakantiegevoel, en ruimschoots op tijd meldden we ons op vliegveld Düsseldorf. Daar werd ons door de vriendelijke mevrouw van Air Berlin doodleuk verteld dat het vliegtuig overboekt was. Juist, overboekt!!! Dan boek je al in november, en waan je je zeker dat alles voor mekaar is. Not!! Na veel gepalaver werd ons een vlucht aangeboden, die ons via Madrid later die dag alsnog naar Mallorca zou brengen. Zo'n 6 uur later dan gepland kwamen we om 8 uur 's avonds eindelijk aan (wel met een meer dan forse schadevergoeding van Air Berlin :-).) Hartstikke gaar uiteraard. Volgens mij kun je nergens meer gaar van worden dan van rondhangen op vliegvelden.

Op zondag de eerste solorit gedaan: ruim 100 km. Vlak. Immers, na m'n bronchitis van de afgelopen 2 weken, waarin ik amper nog aan fatsoenlijk trainen toekwam, reed ik toch rond met flanellen benen. De bronchitis is inmiddels nagenoeg verleden tijd, dus deze week kan ik mooi gebruiken om weer iets van conditie op te bouwen.

Vandaag maandag de eerste groepsrit: ruim 130 km op redelijk vlakke wegen, met 1 klim erin naar het klooster van Sant Salvador (5 km, 7%). Nog steeds met pap in de benen. Ook geen moeite gedaan de beteren van de groep bergop te volgen (zeer tegen m'n gewoonte eigenlijk!!), maar het is beter om eerst een paar dagen wat te roderen, en dan op het eind van de week eens kijken waar ik sta als het bergop gaat.

Één ding is hier wel heel positief: het weer. Strakblauwe luchten, en zon van 's ochtends tot 's avonds, bij 22 gr. Wat wil een mens nog meer?!?

donderdag 22 maart 2012

De winter voorbij

Zo langzaam aan kunnen we stellen dat de winter weer voorbij is. Ik heb zelfs al een paar keer in zomertenue kunnen trainen afgelopen week.

De winter is traditioneel niet de tijd van het jaar waarin er heel veel spannends gebeurd wat het vermelden hier waard is. Zo goed en zo kwaad als het ging heb ik me weer proberen voor te bereiden op wat hopelijk alweer een mooi cycloseizoen gaat worden.

Helemaal vlekkeloos verliep het toch niet deze winter. Eerst al in december en januari, waarin het toch vaak wel heel erg hard en veel regende, precies op de weekenddagen. Maar dat viel dan nog te compenseren door af en toe doordeweeks een extra lange training te doen. Dus erg veel werd ik daardoor niet belemmerd.

Vervelender werd het al in februari toen Koning Winter zijn intrede deed. Twee weken niet buiten gefietst, en vooral heel veel geTacxed in die periode. Maar na de 2 voorgaand sneeuwwinters waren m'n mentale limieten al dusdanig opgerekt dat ik Tacx-sessies van 2-3 uur niet meer schuw.

Deze maand overkwam me echter toch iets dat ik nog nooit eerder heb gehad: een acute bronchitis. Daar waar ik eigenlijk nooit echt ziek ben, had ik hier toch serieus last van. Ik ben nu al twee weken flink aan het hoesten, piepen, kuchen, rochelen, ... . Het wordt inmiddels al wel wat beter, maar we zijn er nog niet. Op de fiets merkte ik dat vooral bij intensieve inspanningen: ik bereik nauwelijks de D3 zone, en als ik het al haal houd ik het niet vol. Ik krijg compleet geen lucht..

Dit maakt ook dat ik nu toch wel wat achterstand heb. A.s. zaterdag vertrek ik voor m'n jaarlijkse trainingsweek naar Mallorca, maar het zal dit keer toch wel met een redelijk belabberde conditie zijn. Maar geen nood: het is daar warm weer, en na een week op de fiets gaat de conditie normaal gesproken in snel stijgende lijn! 3 Ballons is gelukkig nog een eind weg!

zondag 12 februari 2012

Seizoen 2012 komt er aan!

Deze week rolde de bevestiging binnen voor een Dossard Prioritaire voor de Grand Trophee ritten, waarvoor ik me al heb ingeschreven

Epreuve/Race Dossard/Number Categorie/Category

LOOK MASTER 126 E Homme de 40 a 49 ans
3 BALLONS MASTER 233 E Homme de 40 a 49 ans
RONDE PICARDE MASTER 128 E Homme de 40 a 49 ans
VAUJANY MASTER 133 E Homme de 40 a 49 ans


In alle gevallen dus een start vooraan. Da's mooi, dat scheelt altijd een pak stress om naar voren te geraken in deze ritten. Bij La Vaujany lukt dat, gezien de aard van het parcours toch wel, maar vooral bij de 3 Ballons valt het toch niet mee om voor de eerste klim een beetje vooraan te geraken als je niet vooraan kunt starten.

Naast deze ritten heb ik me inmiddels ook al ingeschreven voor de Zwitserse Alpen Challenge op 19 augustus, waar ik na een jaar afwezigheid weer enorme drang heb om er te gaan meedoen.

Kortom, laat het seizoen maar gauw beginnen!